Inleiding:
Na deze 23e beschrijving van de historische wandeling door het Oude Wessem, gaan we het marktplein verlaten om in de volgende drie weken de laatste etappes af te werken; de Maasstraat, de Beekstraat en de Polstraat. Deze keer mag ik de monumenten Markt 10 en Markt 11 met u doornemen. Als eerste Markt 10.
Perceel Markt 10 zou een patriciërs huis zijn. Las ik ergens. Patriciërs waren de leden van de Romeinse adel die tezamen de edelen vormden. Romeinen hebben vast en zeker eens in Wessem hun tenten opgeslagen gehad, maar dan moeten we toch een paar honderd jaar terug in de tijd. Niet in dit pand. Daar is het te jong voor.
Al vóór 1118 mocht Wessem zijn eigen muntstukken slaan. Wessem had dus het recht van munt. Dat is zeker. Een belangrijk recht om stadsrechten te verkrijgen. Maar niet doorslaggevend om stadsrechten te verkrijgen. Het slaan van munten gebeurde in een pand in de Muntstraat. Vandaar de straatnaam, zei het dat de Muntstraat heel lang ‘het kleine Kerkstraatje’ heette. Een vervallen gevel op een aardige binnenplaats, waar eens de Munt was gevestigd, werd nog niet zo lang geleden afgebroken om plaats te maken voor woningbouw. Jammer, wat is afgebroken is niet meer! Een foto of tekening van het bewuste pand, of wat daar van over was, heb ik nergens kunnen vinden. Ook niet sinds wanneer de Muntstraat in Wessem voorkomt. Als je het voorgaande leest, zou je mogen denken aan het jaar 1118. Maar twijfels alom.
Volgens de overlevering was de Munt in Wessem eens gevestigd op de plaats waar nu Markt 10 staat; ook wel genoemd ‘huis Tyssen’. Niet in het huidige pand maar in een pand dat daarvoor op dezelfde plek stond. De literatuur gaat er tot nu toe vanuit dat het slaan van munten in Wessem door de Heren van Horn rond 1360 naar Weert werd verplaatst. Men concludeert dit omdat er ná 1360 geen latere munten uit Wessem zijn aangetroffen. Vóór 1360, hoever is niet bekend, werd de Munt vanuit de Muntstraat verplaatst naar het voormalige perceel Markt 10. Daarvoor moet een reden zijn geweest. Dat Wessem het recht van munt had is zeker. Niet echt lang. Waar precies en hoe lang die munten geslagen werden, in de Muntstraat of aan de Markt, is onduidelijk. Het is allemaal lang geleden. Schrijver wil het zo verwoorden: 'Wessem had het recht van munt van 1118 tot 1360. De Wessemse munten werden gedurende die periode geslagen, òf in de Muntstraat òf in het voormalige pand op Markt 10'. Daarna werd de Munt verplaatst naar Weert. Nu verder met het pand zelf.
Markt 10 is een gemeentelijk monument omschreven als: ‘Woonhuis, decoratieve stuc-omlijstingen en consoles’. Dus geen patriciërs huis in deze beschrijving. Een patriciërs huis is voor Wessem ook te omschrijven als: ‘Een interessant huis waar geen adellijke families of regenten woonden, maar wel bekende aanzienlijke Wessemmers’. En dat was ook zo. Te denken valt dan aan schouten, schepenen, burgemeesters of andere interessante inwoners. In dit pand woonden ook enkele Wessemse burgemeesters onder wie Alphons Tijssen (van 1907 tot 1924), die vóór zijn benoeming landmeter was. Geen verkeerde promotie. Een ondernemend man. De Tijssens bouwden dit pand in 1917. Tijssen is een bekende naam in Wessem en omgeving. Zij kwamen oorspronkelijk uit Stevensweert.
Vóór 1917 stond er op de plaats waar nu Markt 10 staat een ander pand. Want in 1818 kocht de grootvader van Alphons het pand dat er al stond. Vanaf die tijd woonden de Thijssens langere tijd in dit huis.
Dit pand heeft geen driehoekige top-voorgevel, maar een (vierkante) gewone lijstgevel dat ervoor zorgt dat het pand, gezien vanaf de markt, niet zichtbaar is. Dit om het gebouw groter te doen lijken dan het is. De dakkapel is het enige dat zichtbaar is. Onder de geprofileerde bakdakgoot bevindt zich een kroonlijst met consoles welke de dakgoot als het ware ondersteunen (consoler is Frans voor steunen). Een console ondersteunt altijd iets en heeft veelal een fraaie bewerkte vorm. Zo ook hier. Je mag dan denken aan ondersteuning van balken, balkons (gemeentehuis), goten, kroonlijsten, beelden of anderszins. Consoles worden gemaakt van natuursteen, hout of metselwerk. Net onder de vijf ramen in de voorgevel zijn banden met consoles aangebracht. Hier wordt de uitstekende rand ondersteund.
De deur- en raamomlijstingen, ook die in de zijgevel, zijn inderdaad gestuukt. Daar is niet veel aan te veranderen. Hoogstens rein houden, bijwerken of een kleurtje geven. Onder de dakgoot van het schilddak in de Maasstraat zien we een lijst van platte muizentandjes (bloktanden). De voordeuren met bovenlichten zijn iets terugliggend.
Foto 49A. Markt 10 Wessem met zijgevel in de Maasstraat en met boom in blad.
Conclusie: In mijn nog wat jongere jaren vond ik dit pand een statig pand. Zeker niet klein. Het had iets. Dit pand werd gekoesterd, vertroeteld, bemoederd en verzorgd. Ik heb het idee dat dit een beetje over is. Dat is jammer. Een monument moet je koesteren en schept zelfs verplichtingen.
En toen werden er op een bepaald moment bomen geplant op het marktplein. Oók een exemplaar recht voor de woning. Wat later, de boom werd groter, kon je horen dat ‘de fraaie gevel door die boom en buurbomen in de zomer te veel aan het zicht werd onttrokken’. Dat hoor ik niet meer.
We gaan nu naar pand Markt 11.
Dit pand is gebouwd in 1890 en heeft een perceeloppervlakte van 314m². De gemeente omschrijft dit monumentale pand als volgt: ‘Woonhuis, gerestaureerd, wagenpoort in topgevel’.
In feite zien we, als de achterompoort gesloten is, niet veel meer dan de top- voorgevel. De topgevel, zeg maar de korte gevel, ligt aan Markt en het marktplein. Achter de topgevel bevinden zich dan het zadeldak en de dakgoot aan de zijgevel. In de zijgevel is meer te zien dan in de topgevel. Vanaf de foto kan ik geen kijkje nemen achter de links liggende toegangspoort.
De voorgevel van 130 jaar oud, heeft in de top nog wel vlechtingen maar muurankers zijn al niet meer te zien en waarschijnlijk, door een andere constructie, ook niet meer nodig na de restauratie. De huidige gevels en muren worden al langere tijd gebouwd met bakstenen en cement. Cement zelf, bestaat als bindmiddel al sinds 1824. Metselcementspecie, ook metselmortel genoemd, hecht goed aan bakstenen of kalkzandsteenblokken, er kan sneller mee worden gebouwd en heeft een hogere hecht- en druksterkte. Kortom, metselen met cement en zand geeft sterkere muren dan metselen met kalk en zand.
Kalk, van kalkmortel, was gedurende lange tijd het belangrijkste bindmiddel om te bouwen. Beide mortels hebben hun voor- en nadelen. Kalkmortel wordt nog steeds gebruikt. Het aanmaken van metselmortel en kalkmortel is vandaag-de-dag bijna een wetenschap. Verschillende variaties en kwaliteiten zijn mogelijk. Op dat terrein is de laatste tijd veel veranderd.
Als leek zag ik in mijn jongere jaren dat gebruikte bakstenen van oudere panden veel werden hergebruikt. Die werden dan met de hand en met een platte steenbeitel afgebikt. Dat ging tamelijk gemakkelijk. Die bakstenen waren dan met kalmortel gemetseld. Kalkmortel was goed af te bikken; met cement is dat veel moeilijker en doen we bijna niet meer. Terug naar de voorgevel.
Boven de twee ramen op de begane grond en het kleine raam zien we segmentvormige bogen. Onder deze ramen bakstenen dorpels. Boven de wagen- of koetspoort zien we een ellips- of korfboog. Onder aan de gevel zien we een gecementeerde spatplint.
Conclusie: Groot pand met ruimte zowel binnen als buiten. Goed gerestaureerd en de bewoners hebben uitzicht op het marktplein. Dat is veel waard.
's-Hertogenbosch, zondag 29 november 2020
Piet Brugman, email: p.a.brugman@gmail.com
www.brugmanpraat.typepad.com/brugmanpraat/